We gebruiken cookies op deze website.

Opstookprotocol

Een opstookprotocol is noodzakelijk bij nieuwe gestorte vloeren of vloeren waar een forse bewerking heeft plaatsgevonden. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan het infrezen en plaatsen van een vloerverwarmingssysteem of een nieuwe gestorte dekvloer. Wanneer een opstookprotocol niet goed wordt uitgevoerd, kunnen de gevolgen later groot zijn. Door spanningsverschillen in de basisvloer kunnen scheuren ontstaan in de dekvloer.  Dit heeft weer grote gevolgen voor de vloer die op de dekvloer is geplaatst. De hiermee gepaard gaande kosten vallen niet onder de garantie.

Door de scheurvorming gaat de spanning uit een vloer. De scheuren kunnen, wanneer dat nodig is (bij grotere scheuren) dichtgemaakt worden en de vloer kan gelegd worden. Bij grote evenwijdige scheuren zal de aannemer eerst de vloer moeten beoordelen. Hij zal kijken of de vloer wel goed is aangebracht.

Bij voorkeur wordt het protocol waarbij de vloer eerst wordt opgestookt en deze later weer wordt afgekoeld meerdere malen achtereen uitgevoerd, voordat een vloer bedekking of afwerking wordt aangebracht. De warmwaterleiding van de vloerverwarming die in de basisvloer is aangebracht moet minimaal 2,5 cm onder de oppervlakte liggen. Anders bestaat het gevaar van een doortekening of andere problemen in de gelegde vloer.

Om het risico op grote temperatuurverschillen te bespreken , is het noodzakelijk om de vloerverwarming langzaam en met regelmaat op temperatuur te laten komen en dit vervolgens ook weer geleidelijk aan af te bouwen. Hoe u dit doet , treft u aan in het overzicht hieronder. Het hier aangegeven protocol gaat uit van de watertemperatuur van de installatie en niet van een eventuele thermostaattemperatuur in de betreffende ruimte. Belangrijk is het dat de oppervlakte temperatuur van de vloer nooit boven de 30 graden komt. De watertemperatuur kan tot maximaal 40 graden worden opgestookt, mits de vloertemperatuur aan de oppervlakte dan niet de aangegeven 30 graden overstijgt.
Bij vloerkoeling mag de watertemperatuur maximaal terug gebracht worden tot 15 graden. Een opstookprotocol mag pas uitgevoerd worden wanneer een dekvloer, na droging, op eindsterkte is gekomen.

Opstook en afkoelprotocol

opstookprotocol

Hoe werkt dit in de praktijk:

  • Start met een watertemperatuur van 20 graden of met een watertemperatuur die maximaal 5 graden hoger is dan de omgevingstemperatuur (de watertemperatuur kan worden afgelezen op de verwarmingsinstallatie)
  • Verhoog de watertemperatuur iedere 24 uur met 5 graden net zolang totdat de maximale temperatuur van 40 graden is bereikt. Laat dan de temperatuur 24 uur op deze waarde staan.
  • Vervolgens dient per 24 uur de temperatuur weer afgebouwd te worden met 5 graden per keer. Doe dit totdat de starttemperatuur weer is bereikt. Na het leggen van de vloer, dient het proces herhaald te worden.

Bij vloerkoeling mag de temperatuur maximaal tot de watertemperatuur van 15 graden worden afgebouwd.